Gratis verzending voor bestellingen vanaf 120 euro bestelwaarde
Voertuigselectie op KBA-nummer
NL
    Of
    Of selecteer voertuig volgens criteria:

    Instructies om remschijven en remvoeringen in te rijden

    Remmen zijn cruciaal voor de veiligheid van motorvoertuigen en mogen daarom alleen in gecertificeerde en gespecialiseerde garages worden vervangen. Bij het vervangen komt meestal echter meer kijken dan het louter correct monteren van de remmen; nieuwe remsystemen moeten ook worden ingereden om schade te voorkomen. Daarnaast helpt het inrijden om zeker te stellen dat de remmen het voertuig altijd optimaal vertragen. Om je wegwijs te maken hebben wij daarom, samen met de remspecialist brembo, een aantal inrij-instructies voor je samengevat.

    Koop nu de passende remmen van gerenommeerde merken tegen een aantrekkelijke prijs!

    De remschijf en de remvoeringen zijn zogenaamde wrijvingspartners en het gehele oppervlakte van de remvoering dient op de remschijf te rusten. Als daarentegen piekbelastingen optreden zonder dat de remmen eerst ingeremd worden, kan het oppervlak van de remschijf veranderen, waardoor ook de wrijvingscoëfficiënt door de warmtebelasting licht verandert. Dit kan leiden tot sterke wrijving in de remmen. Daarnaast kunnen hierdoor ook groeven ontstaan. In sommige gevallen kan de warmtebelasting er zelfs toe leiden dat de remschijf kromtrekt en in het slechts mogelijke scenario scheurt, omdat er groeven of gleuven ontstaan. Dit soort schade kan echter eenvoudig worden vermeden door rekening te houden met een paar tips.

    

    Nieuwe remmen correct inremmen

    1. Zorg ervoor dat je na het vervangen van het remsysteem, bestaande uit de remschijven en de remvoeringen, niet overmatig hard of schokkerig remt gedurende de eerste 300 kilometer. Als je de remmen gematigd laat inrijden en inremmen warmt de remschijf geleidelijk op, zonder dat hierbij overmatige warmtebelasting (thermische schok) ontstaat, en passen de wrijvingsvlakken van de remschijf en de remvoering zich aan elkaar aan.


    1. Tijdens de inrijfase moet je ongeveer 30 keer afremmen. Hierbij wordt het voertuig vanaf een snelheid van ongeveer 100 km/u afgeremd tot ongeveer 50 km/u. Let op dat je hierbij gematigd remt en een maximale remtijd van 3 seconden niet overschrijdt. Nadat je ongeveer de helft van de remmanoeuvres uitgevoerd hebt, verlaag je de snelheid nogmaals tot 25 km/u. Zorg ervoor dat je hierbij de noodzakelijke afkoeltijd van de remschijf tussen de verschillende remcycli in acht neemt. Deze bedraagt minstens 3 minuten. Gedurende deze periode zorgt de luchtstroom langs het voertuig voor koeling van de remmen.


    1. Let er natuurlijk op dat je deze remacties enkel uitvoert op wegen waar dit veilig mogelijk is. Daarnaast mag je hierbij geen verkeersregels overtreden.


    1. Als je een noodstop moet maken, doe je dit altijd door zo hard mogelijk het rempedaal in te drukken – dit geldt ook tijdens de inremfase.

    Onze reminstructies dienen uitsluitend ter oriëntatie. In sommige gevallen geven fabrikanten wellicht andere instructies in de handleiding van de remmen. Als je deze tot je beschikking hebt, kun je je het beste hieraan houden om lang en comfortabel met je remmen te kunnen rijden.